Het nadeel van een verplichting is dat het je tot dingen verplicht. Zo moet ik nu een column schrijven terwijl mijn hoofd er echt helemaal niet naar staat. Prins Claus overleden….snif…..snik. Laten we eerlijk zijn, voor een Duitser was het een goede gozer, toch? Jawel, ere wie ere toekomt. Nu is alleen Maxima nog te doen, qua koningshuis.

Ik woon in Den Haag en ondervind de nodige problemen door de begrafenis. Alles is afgezet, wordt afgezet of wordt juist als de sodemieter opgeknapt. Zoals de Rijswijkseweg. Zou klaar zijn in 2007, is nu klaar binnen 7 dagen! Ach, voor een Prins loop je een stapje harder, nietwaar? In Delft zijn ze alles aan het opknappen (leek mij dat ze daar alvast mee hadden kunnen beginnen; Claus, Juliana of Bernard…het was een kwestie van “Wie van de drie?”), de hele stad wordt afgezet en dat wordt door de Delftenaren aardig letterlijk genomen. Mensen die in de buurt wonen van dé Kerk en een bijbehorend uitzicht hebben menen een slaatje te kunnen slaan uit de dood van Prins Claus. Ze sturen mailtjes naar RTL en vragen 9500 Euro voor de huur van een dagje uitzicht. Dat kán toch niet? Ik vind dat dus heel laag. Die houding bedoel ik, niet het bedrag.De situatie rondom Prins Claus is natuurlijk best triest. De man tobt al jaren met een slechte gezondheid en een strenge vrouw. De laatste maanden kreeg hij ook nog eens een beroerte, dus het werd er niet beter op. Een beroerte noemen ze ook wel een toeval maar als je de ene na de andere beroerte krijgt is het geen toeval meer natuurlijk. Al met al is iedereen in rouwstemming en dat is terecht. Gelukkig blijkt dat de belangstelling voor het graf van Claus toch meevalt want de eerste dagen maakte de media er een wedstrijdje van (“het is hier nu nog erg rustig…”) en de echte Koningsgezinden waren al boos dat Pim het won van Claus, maar gelukkig zijn er nu toch aardig wat mensen op het graf van Claus afgekomen.

Ik ben net als Prins Bernhard, je weet wel, de schoonvader van Claus die onsterfelijk blijkt te zijn. Ik ben namelijk ook geen fan van begrafenissen. Ten eerste is er bijna altijd iemand dood die je goed kent (wat moet je er anders doen?) en dat is al niet echt onwijs leuk. Ten tweede hangt er altijd zo’n bepaald sfeertje…ik weet niet, het is gewoon niet mijn sfeertje. De kreet “grafstemming” is natuurlijk ergens ontstaan. Wat wél heel leuk is is een begrafenis of een crematie van iemand die je niet héél erg goed kent. Dat heb ik enkele jaren geleden meegemaakt en dat was te gènant voor woorden. We waren met een flinke groep bekenden en het was erg warm, want bij begrafenissen regent het altijd en bij crematies is het snikheet. De sfeer was al enigszins melig want een crematie van een onbekende is toch wat anders dan de crematie van je beste vriend, vind ík tenminste. De familie van de direkt betrokkene dacht daar natuurlijk anders over en was juist uiterst somber gestemd. Ik vond dat nog een beetje idealiseren van de overledene want zo’n aardige gozer was het ook weer niet, maar dat zeg je niet tegen zo’n moeder, althans niet op dat moment. Op de één of andere manier is het dan nóg grappiger, die sombere gezichten.Na de vier-en-twintigste oom van 80 (terwijl de overledene net 30 was geworden, ja, dat is op zich al grappig!) konden wij ons lachen al niet meer houden. Op dat moment kwam de professionele lijkenpikker van de uitvaartdienst naar buiten. Of de familie zich vooraan wilde melden en de belangstellenden (waar wij dan dus onder zouden vallen) zich bescheiden wilde opstellen in rijen van vier. Onze wachtkamer was veel te klein voor alle belangstellenden (dat is het nadeel van jonge overledenen…het is altijd fucking druk) dus we besloten buiten te wachten. Het sfeertje werd er niet minder melig op en ik weet niet of je dat kent maar als je niet mág lachen is het extra leuk óm te lachen. De dienst moest nog beginnen en ik hield mijn hart vast. Uit voorzorg en respect voor

how long last with viagrabuy generic cialisaverage gpa for pharmacy school canadaprostate treatment with cialisviagra at tesco online

de overledene besloten we de groep bekenden op te delen in vier groepen en we spraken af dat we elkaar niet zouden aankijken tijdens de uitvaart. Helaas hadden we ook nog eens te maken met een kneus van een pastoor die enige “plechtige” woorden zou spreken en, zoals zovaak, begon de pastoor met het verkeerd uitspreken van de naam van de overledene. Ik kon mijn proest-lach nog net op een kuch laten lijken en kwam met de schrik vrij. De temperatuur was inmiddels zo hoog opgelopen dat de kist eigenlijk niet eens meer hoefde te zakken. Het is goed afgelopen, lezers en lezeressen. Niet met de overledene natuurlijk maar wel met de uitvaart. We hebben ons allemaal kunnen beheersen en het was ook een schande geweest als dat niet was gelukt. Dit verhaal staat toch al bol van het disrespect voor de doden dus er kan er nog wel één anekdote bij. Na afloop van de plechtigheid was iedereen opgelucht. Een vriend van mij haat dit soort gelegenheden nog meer dan ik en had de behoefte even een grappige opmerking te maken om de sfeer wat relaxter te maken. Voor de grap zei hij tegen een andere bekende: “Zo Michiel, wanneer ben jij voor het laatst klaargekomen?” (want dat soort humor hadden we toen ; 10 jaar terug), waarop Michiel zei: “Nou, net nog, voor de kist” Je begrijpt dat we het toen echt niet meer hielden en door de familie met grof geweld van het terrein zijn verwijderd.

Vanwaar dit toch wat schokkende, bijna respectloze verhaal? Ik weet het niet, misschien omdat ik moeilijk met de dood kan omgaan. In tegenstelling tot velen vrees ik dat er na de dood voor jezelf weinig meer te beleven valt. Ik geloof wel dat er met de energie van je geest wat gebeurt en dat die energie op één of andere manier in een ander levend wezen voortleeft maar in een hiernamaals of een paradijs na het leven kan ik helaas niet geloven. De wetenschap heeft wat dat betreft de Goden ontmaskerd vrees ik. Daarom heb ik maar besloten om het paradijs zoveel mogelijk hier op aarde na te streven en dat valt niet mee. Maar we doen ons best.Ik besluit om even duidelijk te maken dat ik heel erg meeleef met de nabestaanden van Prins Claus en -sterker nog- met iedereen die een dierbare is verloren, kortom: vrijwel met iedereen dus. We hebben het bijna allemaal weleens meegemaakt en dat hoort bij het leven. Dat geeft ook wel een bepaalde troost. We ontkomen er allemaal niet aan en dat is toch ook wel weer prettig, vind ik.

Nu ga ik echt afsluiten en dat vind ik altijd link. Als je het met mensen hebt over je eigen begrafenis of überhaupt over begrafenissen loop je altijd het risico dat er onverhoopt iets met je gebeurt. Je roept het over je af, zeg maar. Je krijgt dan altijd van die mensen die zeggen: “Gek hè, hij HAD het er nog over”, terwijl die honderden keren dat je het er ook over had en je niet dood ging door niemand meer herinnerd worden. Met dat risico ga ik nu afsluiten en ga ik mij voorbereiden op de plechtigheid volgende week. Aangezien ik als de dood ben dat ik te serieus eindig nog maar even iets leuks tot slot: Armin van Buuren doet eind van de maand een 12 uur-set in de «O». Als je ziet hoeveel mensen er nu al op reageren, uit Engeland, Amerika, Australië, Italië, Noorwegen en ook nog enkelen uit Nederland gaat dat één groot feest worden. Armin zei nog: “ik ben bang dat ik helemaal dood ben na afloop”. Shit, ben ik nog niet van het onderwerp af!