In een grijs verleden heb ik al eens geschreven over mijn kapper. Een vrij hip type, Miguel geheten. Hij was het type dat niet als “stipt” kan worden omschreven. De eerste jaren heb ik úúúren zitten wachten, ondanks mijn afspraak. Half één afspreken kon je doen, natuurlijk, maar als je rond tien voor half twee eens geroepen werd was je spekkoper. Dat irriteerde mij aanzienlijk. Maar ik ben de moeilijkste niet dus ik bladerde wel even een uurtje in de Panorama. Eenmaal in de stoel gezeten kreeg je eerst koffie, stak Miguel een sigaretje op en ging flirten met de aanwezige dames, het geheel had iets gezelligs.
Door de jaren heen ging de service vooruit; men had binnen de kapperszaak ontdekt dat ik ‘wel eens wat deed’ in het uitgaansleven en opeens werd ik voor vol aangezien. Niet meer wachten. Dat was een opluchting. Miguel stak nog steeds een sigaretje op, ik kreeg nog steeds een bakkie koffie maar ik stond meestal wel binnen afzienbare tijd buiten, tevreden met het hippe kapsel waar ik nu eenmaal bekend om sta.Toen werd het 27 juni 2006. We praten over vandaag. De afspraak stond om half twee en dus kwam ik stipt om vijf over half twee binnen lopen. Het viel meteen op: geen Miguel!! Er stond wel een kale man met een ringbaardje dat door Youp van ’t Hek ooit werd getypeerd als “pratende kut”. “Koeiemiedag” begon de -overigens vriendelijke- man. Hij noemde zijn naam maar die sloeg ik niet op. “Waar is Miguel?” vroeg ik iets te onmiddellijk, alsof ik een homo-erotische binding met hem had. “Miguel komt niet meer” was het antwoord. Er was iets met altijd te laat komen of iets met niet op komen dagen en dat konden we natuurlijk niet hebben in de kappelarij. Ik ging zitten met een slecht voorgevoel. Een beetje dat voorgevoel dat ik had voor de wedstrijd Nederland-Portugal. Dit kon niet goed aflopen.Welnu, net als bij Nederland-Portugal kwam mijn voorgevoel uit. Ik kreeg al moeizaam uitgelegd hoe ik mijn haar graag wilde ‘hebben’: hier kort, daar te lang, ach, Miguel had het wel geweten. De nieuwe kapper begon te knippen en knipte een microscopisch klein stukje haar van mijn hoofd. Hij stak nog net zijn tong niet uit tijdens het knippen. Mijn voorgevoel werd er niet beter op.
Er was wel een overeenkomst: hij flirte wel rustig door tijdens het knippen. Naast mij zaten namelijk twee Haags sprekende dames. Ik kon door de spiegel één van de twee goed bekijken. Ze had zo’n sport-tenuetje aan, bestaande uit een topje met een soort “Superbabe”-tekst en een legging-achtige witte broek die tot nét over de knie kwam. Daaronder zat veel zonnebank en voornamelijk twee borsten. “Hé, ik heb vorige keer hier een kleurtje laten zetten maar dat moet eruit. Ik lijk wel een vuurtoren met dat rood!” Mijn kapper reageerde met een “Keen probleem, iek gooi er zo een kleurtje overheen dan wordt het liechtbraun” Het meisje keek hem streng aan. “Echt hé? Want dat rood moet echt weg! Ik stond laatst in een discotheek en ik zag mezelf in de spiegel… nou jongen, ik kon wel huile! Ik heb er echt niet van geslapen!”Na nog vier keer “Nee, keen probleem” hield het meisje haar mond. Althans, tegen de kapper. Ze begon nu tegen de andere dame die net buiten mijn gezichtsveld viel.
“Jij kent Johan toch ook?” begon ze. De dame in de stoel bevestigde dat. “Die is dit weekend gewoon gepakt door een hond! Had gewoon een slacht-aarderlijke bloeding!” De dame in de stoel zei iets van “Meen je niet!” maar ze meende het wel. Er volgde een heel verhaal over honden waaruit ik één stukje column-waardig vond. Dat gaat nu volgen.”Ik had vroeger een bull-terrier. Maar die heb ik weg moeten doen. Weet je waarom? Die viel altijd eh… gekleurde mensen aan. En al vanaf pup af aan! Ja, dat was echt niet leuk. Hij was niet te houden. Zeker een Duitse hond, hahahaha! Nee, ik lach wel maar het was echt niet leuk. Hij zal maar een klein gekleurd kindje pakken! Dat kan je niet maken. En JIJ moet betalen als er wat gebeurt! Dus ik heb hem weggedaan. Wel jammer want tegen ons was ie hartstikke lief. Raar hè?” We vonden het allemaal raar.De kapper maakte ondertussen zijn werk af. Althans, dat vond hij zelf. Ik denk dat hij mij wel leuk vond met een bloempot-kapsel want dát was het precies. Ik vroeg nog of het hier en daar wat korter kon maar ondanks zijn “natoerliek”-antwoord werd het er niet beter op. En zo zit ik nu de frustratie van me af te schrijven met een bloempot-kapsel. Deze maand zit erop voor mij, sociaal gezien.Ik vrees dat ik op zoek moet naar een nieuwe kapper.
Misschien werkt Miguel inmiddels ergens anders. Ik hoop het maar. Dan wacht ik wel even een uurtje.