Gisteravond was er op Nederland 3 een documentaire over Freek de Jonge, ter gelegenheid van zijn 60e verjaardag. Een interessant document, ik kan niet anders zeggen. Nu ben ik sowieso al jaren enorm fan van Freek (ik mag Freek zeggen) dus ik ben bevooroordeeld. Al op jonge leeftijd was ik erg geïnteresseerd in cabaret, zoiets krijg je van thuis mee. Mijn moeder was groot fan van oude helden als Fons Jansen, Wim Kan, een beetje Wim Sonneveld en heel erg van de onvergetelijke Toon Hermans. Ja inderdaad, house-liefhebbers: dit wordt geen pretje qua column. “Ow, is het weer zo’n serieuze column? Dan haak ik nú af!” is een uitspraak die ik geregeld heb moeten aanhoren. Op dit soort sites mag het eigenlijk nergens over gaan, ik weet het. In dat geval: tot de volgende keer want ik maak het verhaal toch even af. Ik doe het ook een beetje voor mezelf natuurlijk.Eeuh, even kijken, waar was ik? (onverstaanbaar teruglezend) Mompel, mompel blablabla Toon Hermans…a ja, daar was ik. Freek de Jonge was een heel nieuw soort cabaretier. Ik was nog niet echt gecharmeerd van zijn tijd met Bram Vermeulen in “Neerlands Hoop”, waarschijnlijk was ik te jong, ik weet het niet. In ieder geval zaten er in die programma’s véél te veel liedjes en er zijn maar weinig cabaretiers waarbij ik liedjes kan waarderen. Een liedje is veelal een kwestie van uitzitten. Begin jaren 80 ging Freek “solo” en gelukkig hadden wij op school een leraar Nederlands, mijnheer De Cock, inderdaad met c-o-c-k inderdaad, die (waarschijnlijk om de vervelende dubbele uren die we hadden op dinsdagmiddag (het 7e en 8e uur nota bene!), voor hem nog een béétje draaglijk te maken) videobanden van Freek liet zien. “De Mars” en “De Mythe”, dat waren de programma’s die mij kennis lieten maken met dit nieuwe fenomeen en ik was gelijk verkocht. Dit was nieuw, anders. Geen typetjes, geen sketches maar een stuk totaaltheater waarin heel knap allerlei verhaallijnen door elkaar heen liepen. Tijdens het kijken van de documentaire vroeg ik me af of ik geworden was wie ik nu ben zonder Freek de Jonge. Op zich ligt het antwoord voor de hand: “nee”, want je wordt nu eenmaal wie je bent door alles wat je meemaakt in je leven. Zonder deze column was jullie leven ook een stuk armer, geef het maar toe. Ik bedoel het niet zo hoogdravend als het misschien klinkt maar de programma’s van Freek hebben mij verrijkt. In intellectuele zin, op de manier waarop ik stukjes schrijf maar zeker ook op het gebied van humor. Tegenwoordig moet alles hard, harder, hardst. En dan heb ik het over de humor dames. Hans Teeuwen is natuurlijk erg grappig maar geef toe: wat moet dié man na zijn laatste show nog bedenken om mensen te shockeren? In zijn laatste show neukt hij eerst Koningin Beatrix in haar eh… reet was geloof ik het woord, om vervolgens te masturberen op het toneel. Moet kunnen, tuurlijk. In de
begintijd van Freek de Jonge stond híj bekend als de ‘hardste’ cabaretier en klonk er geregeld een half geschokte “ooooh” door de lachsalvo’s heen. Toch zat er natuurlijk veel meer diepgang in die opmerkingen dan in het rukken van Teeuwen. Ach wat, Freek was geweldig en ik vond dat niet alleen. Mensen als Jack Spijkerman en zeker Youp van ’t Hek copiëerden de stijl van De Jonge volledig. Rank Xerox-achtig zelfs. Of, om met Freek-zelf te spreken, “Youp heeft zeker wat in mijn mars”. Ik heb nog jaren een soort loyaliteitsgevoel gehouden ten opzichte van Freek. Een soort Ajax-Feyenoord gevoel; je bent voor Freek, dus niet voor Youp. In de loop der jaren is dat gevoel wat weggeëbt want Youp heeft in de loop der jaren natuurlijk wel een eigen stijltje ontwikkeld en daarmee veel leuke programma’s gemaakt. Ere wie ere toekomt maar zonder Freek hadden we ook geen Youp gehad.In 1995 kreeg ik een soort van een beetje een relatie-poging met een mooi meisje. Een relatie-póging zeg ik met nadruk want het meisje was nog wel heel erg een ’meisje’, niet alleen qua leeftijd maar ook qua gedrag. Niks mis mee hoor, meisjes mogen wat mij betreft best wat langer gewoon ‘meisje’ zijn. Ik hoef niet zo nodig tijdens een schoolfeest de condooms uit de tasjes van 12-jarige meisjes te zien rollen. Maar goed, het meisje in kwestie, Carlijn Vinkeborgh heette ze (en waarschijnlijk heet ze nog wel zo), wantrouwde mij als horeca-man volledig en zag mij al van meisje naar meisje hoppen en daarvoor voelde zij zich te speciaal. En terecht overigens. Ze wilde niet de zóveelste in het rijtje zijn. Ik zei nog: “Meid, hou alsjeblieft op. Hoe vaak ik dát al heb moeten aanhoren!” (Dat zei ik niet echt hoor, Theo Maassen had die grap toen nog niet bedacht…) Al met al is het van ‘de daad’ nooit gekomen en ik heb haar ook al jaren niet meer gezien. Een gemiste kans. Ja, gráág of niet, zeg ik altijd. Waarom begin ik over haar? O ja. Haar ouders (of alleen haar moeder, daar wil ik even van af zijn) kende(n) Freek de Jonge en zijn vrouw Hella heel goed. Ze ging dan ook geregeld mee naar “Freek en Hella”, zoals ze hen liefkozend noemde. De gedachte is bij me op gekomen, ik geef het eerlijk toe, dat het toch wel erg ‘kewl’ zou zijn als ik dan –als partner van Carlijn, zeg maar- lekker op visite kon bij Freek en Hel. Beetje bijkletsen, Freek zou moeten lachen om mijn spitsvondigheden en ik zou al snel uitgroeien tot de favoriete schoonzoon van de hele familie. Hella zou tegen Carlijn zeggen dat ik “écht een hele leuke jongen” was, dat ze “het getroffen” had met mij, om daar gehaast aan toe te voegen: “Hij is lief, extreem grappig en ziet er héél goed uit (het speelt in 1995)”, al dat soort uitspraken zou de revue passeren, ik zag het al helemaal voor me. Ik zou met Freek meerijden naar de leuke optredens, meegaan naar Ajax… Freek zou er een vriend bij hebben en Freek laat niet zo snel iemand toe in zijn kringetje. Mij dan wel, dus dat wil héél wat zeggen. Ik zag het echt voor me. Het is triest, ik weet het. De wat jongere generatie kent Freek de Jonge veelal als moralist. Moeilijke woorden, diepzinnige gedachten…niks kontneuken met de Majesteit…kortom: te moeilijk voor velen. Toch zou ik bijna willen vragen om bij de plaatselijke DVD-zaak eens naar de vroege shows van Freek te vragen met als absolute aanraders “De Mythe” en –als jullie dan toch voornamelijk willen lachen- de extreem grappige “Ontlading” waarin hij een door mij nog vaak gebruikte zin tegen iemand uit het publiek zegt: “Nee, leuk dat u er bent. Vroeger lag dit soort mensen naakt aan de ketting maar tegenwoordig kunnen ze gewoon naar het theater.” Als je van wat meer diepgang houdt zijn alle andere shows ook aanraders, vooral het eerste deel van “Stroman” is tegen geniaal aan. Het tweede deel is echter met het Willem Breuker Collectief en dat betekent: liedjes. Bah. Dat gun je niemand. In de afgelopen jaren is Freek hier en daar wat verbitterd. Althans: die indruk krijg ik. Ik begrijp dat niet helemaal. Wat moet Freek nog bewijzen? Hij voelt zich niet voldoende gewaardeerd door pers en publiek (daar heeft hij een punt) en heeft de laatste jaren zijn shows wat anders opgebouwd. Minder jagend op de lach, meer vertellend. Ik hou wel van deze nieuwe vorm maar nogmaals: ik ben té erg fan om iets negatiefs te willen zien. Over drie weken ga ik naar één van zijn nieuwe shows. “De vergrijzing” heet de cyclus en Freek gaat elke week een andere voorstelling spelen. Is een haast onmogelijke opgave maar Freek heeft wel vaker om de haverklap een meesterstuk afgeleverd dus ik heb er vertrouwen in. En de video gaat overuren maken want de shows zijn elke zondag te zien bij de VPRO. Ik zeg het maar even.Zo, het zit er bijna op. Jullie mogen als lezers van deze uitgaans-site weer overgaan tot de orde van de dag. Waar draait DJ José komende week? Wat is er in de Lex dit weekend? Wordt het wat met de nieuwe discotheek U-Mania in Den Haag? Natuurlijk, ook allemaal extreem belangrijke dingen, daar hoor je mij niet over… Volgende keer weer een lekker kwetsende column over het uitgaansleven, ik beloof het. Voordat ik afsluit wil ik nog even één van de mooiste gedichten van Freek plaatsen. Hij heeft het geschreven voor Hella en komt uit “De Mars” (1983) en dit gedicht wilde ik eigenlijk plaatsen onder een eerder verschenen column over het overlijden van Guusje Nederhorst maar kon toen het fragment niet op tijd terugvinden. Ik vind het één van de mooiste liefdesgedichten die ik ken en om nu voor eens en voor altijd aan te geven dat ik WEL een gevoelige kant heb sluit ik er graag mee af. Carlijn leest dit misschien ook en wie weet zit ik alsnog volgende week op de koffie bij Freek en Hel.Omdat jij wist dat ík het wasEn niet jouw laatste liefde, de knapste van de klasOmdat jij blozend voor me stond, naïef en van de kookOmdat jij smoorverliefd was, daarom was ik het ookOmdat je bij me blijven wou, ondanks mijn bot gedragDie vrijgezellendrift gepikt hebt, elke dagOmdat je maling aan de mensen had, aan geroddel en gestookOmdat jij zo graag trouwen wou, daarom wou ik het ookOmdat je door bleef vechten, op het randje van de doodDe vrede, teder leven, in je armen slootOmdat je onomwonden het huwelijksbed in dookOmdat jij zo graag kinderen wou, daarom kreeg ik ze ookOmdat je leven kunt met mij zoals ik benOmdat jij altijd anders bent dan ik denk dat ik jou kenOmdat jij jouw heilig vuur niet verstikken laat in rookOmdat jij weet wat liefde is, daarom weet ik het ook