Zoals elk jaar schrijf ik een verslagje van mijn vakantie naar Ibiza. Dit jaar dus ook. “En? Hoe was het?” vroeg iedereen aan me bij terugkomst. Ik vertel dan maar niet de waarheid want het was een redelijk drama. Het begon al in Nederland. Ik zou samen met Mark van Dale 'effe een paar daagjes' naar Ibiza gaan in augustus. Eigenlijk stond er al een trip voor september gepland naar dit zonnige eiland maar we vonden allebei dat we 'het' wel verdiend hadden om twee keer te gaan dit jaar. Aangezien ons beider agenda redelijk gevuld is met allerlei verplichtingen was het even goed zoeken om vijf achtereenvolgende dagen te vinden. Omdat Mark op zondag in Salou moest draaien leek de oplossing voorhanden; ik ging mee naar Salou en daarvandaan zouden we dan gezellig naar Ibiza vliegen. Het was gelukt, we hadden een datum, Mark ging de tickets regelen, we kregen onderdak bij een goede vriend die “toch” een huisje had gehuurd op Ibiza in die week en er kon DUS eigenlijk niks mis gaan. Dat ging er dus wel.Ten eerste kregen we te horen dat de goede vriend die het huisje had geregeld er zèlf misschien niet bij zou zijn, hetgeen al ongezelligerig was. Ten tweede kwam Mark van Dale er 10 dagen van te voren achter dat hij tòch twee belangrijke boekingen had op maandag en aangezien daar nogal wat euri bij gemoeid waren besloot Mark dan toch maar voor één dagje terug te vliegen. Kijk, dan ga ik denken. Ik zag mezelf dus al in mijn eentje vanuit Salou naar Ibiza vliegen, in mijn eentje een huurauto regelen, in mijn eentje (in het donker) proberen dat huisje te vinden en dan vervolgens een dag in mijn eentje in dat vreemde huis zitten, wachtende op Mark. Op zich geen ramp (ik ben inmiddels wel weer gewend aan 'in mijn eentje') maar gezellig is anders. Een vriend die vorig jaar mee geweest was naar Ibiza leek ons een goede uitkomst. ” Ik ga wel mee hoor!”, nodigde de vriend zichzelf uit en dat leek ons in een dronken bui (zoals jullie weten drink ik nogal, zeker als ik nog moet rijden…;-)) een te gek swingend plan. Dat bleek achteraf niet helemaal het geval, maar dat wisten we toen nog niet.Ondanks dat ik weer met frisse tegenzin richting Schiphol was afgereisd (als ik kan kiezen cancel ik elke reis het liefst een uur van tevoren) leek het me toch wel even 'lekker' om er een paar daagjes tussen uit te gaan, in het gezelschap van leuke mensen. De reis naar Salou verliep voorspoedig, mede omdat zowel Mark, de meegereisde vriend en ikzelf het grootste deel van de vlucht lagen te slapen. De stewardessen probeerden nog wel iets te drinken aan te bieden maar als ik lig te slapen wil ik niet gestoord worden. “Wilt U iets drinken?” “NEEEEE !!! Fuk op vieze stewar-del!! Ik weet heus wel dat al die wilde verhalen over jullie kloppen hoor! Dat jullie gisteravond nog helemaal strak stonden in een discotheek in Heerlen of zo! Stelletje vliegende sloeries! Vind je het gek dat de Engelsen jullie maatschappij uitspreken als “Try-and-sav'ya!?!” Ja, ik ben heel sjagrijnig als ik net wakker word. Moet ik eens aan werken.In Salou was er op zich nog niks aan de hand, of het moet zijn dat van alle 1600 kamers in het hotel alleen MIJN kamer geen werkende airco had, ondanks de toezegging dat hij gerepareerd zou worden, maar ach…kniesoor die daar op let. Mark draaide samen met dj José en Stephen in een mooie discotheek, de Pacha. We wilden eerst nog wat eten en volgens de Nederlands sprekende organisator was dat in de Pacha 'prima' verzorgd. Hmmm..ik kan me niet heugen dat ik ooit zò vies heb gegeten. Een soort fallaffel-shoarma achtige emulsie met een soort naar knoflook smakende saus (“Saus voor over de Pacha” grapte Mark, verwijzend naar de Heinz Pasta-reclame, gelach.) en voor de zekerheid een cheeseburger want daar kun je weinig aan verpesten. Nou, zij wel. Binnen een half uur lag het voedsel alweer in het VIP-toilet en daar hoorde het eigenlijk al meteen thuis. De dag erna begon de ellende al. Mark was al naar Nederland teruggevlogen en onze vlucht naar Ibiza was pas half 9 's avonds dus we hadden bij de receptie geregeld dat we een “late check-out” zouden krijgen, hetgeen wil zeggen dat je niet om 12.00 uur uit de kamer moet maar pas om 15.00 uur. Uiteraard werd ik tòch om 12.00 uur stipt uit bed gebeld door de receptie. “No, we arranged a late check-out,” probeerde ik nog, zwetend en wel van het gebrek aan airco, maar de Spanjaard wilde daar niks van weten. “The hotel is full, you have to leave NOW!” Now, dan hebben ze aan mij een slechte en ga ik heel erg opschieten dus om 14.05 uur verliet ik fluitend (weliswaar van de hitte) de kamer. De meegereisde vriend lag nog heerlijk te slapen want bij hem hadden ze de late check-out keurig gehonoreerd. Na een uur vervelen bij het zwembad besloten we alvast naar het vliegveld te gaan om 15.30 uur, ondanks dat onze vlucht pas om 20.30 uur zou gaan. Dan zijn we lekker op tijd, zeiden we nog.Dankzij de bij de “See-buy-fly”-teksfrieshop gekochte fles Four Roses Bourbon vlogen de uren voorbij, mede omdat mijn meegereisde gesprekspartner echt alles in zijn leven had meegemaakt. Je kon het zo gek niet opnoemen of hij had iets soortgelijks meegemaakt maar dan nòg casino online erger. (“Erg hè? Die vliegtuigongelukken?” “Nou, ik ben dus zélf een keer dodelijk verongelukt in Amerika!” om het maar even overdreven te zeggen. Het is een column dus overdrijven mag.) We checkten keurig anderhalf uur van tevoren in en gingen met het laatste restje Four Roses (het was maar een literfles) nog eenmaal op ons super-ongezellige plekje zitten, dan hoefden we nog niet door de douane want met een beker drank door zo'n scanner willen is gewoon vragen om een heup gezeur. De tijd ging schijnbaar nòg sneller dan we al dachten want opeens hoorden we: “Passengers for flight -Spanair-4-5-6-5- to destination -Ibiza- last call at -gate 25-” (alles gaat tegenwoordig met de computer), shit, we hadden nog een kwartier voor vertrek! Ondanks dat ik nog nooit zò vroeg op een vliegveld was geweest moesten we ons gék haasten om de zeer kwaad kijkende stewardessen gerust te stellen. Vloekend in het Spaans lieten ze ons binnen en de reeds zittende passagiers keken ons aan of we de ex-direkteur van PSV waren die net even openbaar een paar kleuters had liggen uitwonen, onder het motto: “zuig maar aan mijn rietje dan komt er milkshake uit” of zoiets.Eenmaal aangekomen op Ibiza was het al donker, hetgeen het zoeken naar het huisje (volgens de beschrijving op “slechts” 15 minuten van het centrum DUS meer dan een half uur rijden van het vliegveld) in de bergen niet eenvoudiger maakte. We moesten na het ophalen van de huurauto even bellen met Mustafa, de house-keeper. Hij zou redelijk Engels spreken maar dat bleek een relatief begrip. Lachen kon hij wel. Jammer genoeg alleen om zijn eigen grapjes die we helaas niet verstonden. Een dag later zou Mark van Dale aankomen en gelukkig had de vriend die het huisje had gehuurd ook aangekondigd TOCH te komen. Dat zou leuk worden, dacht ik. Wederom helaas. Het bleek dat de door ons uitgenodigde gast bepaald niet de favoriete persoon was van de huishuurder. Althans, als iemand vraagt: “waarom heb je HEM nou meegevraagd?” beschouw ik dat toch als een stille hint. De dagen die volgden stonden bol van steken boven en onder water, boven en onder de gordel, kortom: de sfeer was prima te snijden.Ik zal jullie verder niet vermoeien met verdere ellende maar toen Mark van Dale na twee dagen ook nog ziek werd en dus niet meer mee ging naar de clubs was het verhaal compleet. De vakantie kostte wel veel geld, dat wel. Vijftig eurootjes entree is geen uitzondering, drankje kostte 10 euro het stuk (ook voor Spa Blauw, dus dan maar weer zuipen!), de door ons geregelde gastenlijstjes waren bij de clubs steevast zoek of toch niet aanwezig, kortom: het was helemaal af. En dan dat heerlijke, leuke, gespannen sfeertje onderling…top! Was wel jammer want de vriend die het huis gehuurd had werd een beetje de dupe en omdat we weer snel moesten vertrekken hebben we eigenlijk iets te weinig 'kwali-tijd' doorgebracht. Door Mark zijn ziekte-verschijnselen was het afscheid ook erg gehaast en daarom hebben we hem eigenlijk niet genoeg kunnen bedanken voor het schitterde huis waar we kosteloos mochten verblijven. Dat is eigenlijk nog het ergste.De terugreis. Mark bleek erg veel last te hebben van zijn been waardoor we op het vliegveld een rolstoel moesten regelen. Dat was best relaxed. Niet voor Mark natuurlijk, maar voor ons, als meereizenden, best wel. Zo mochten we op Schiphol met zo'n supersnel rijdend geluidloos blauw wagentje meerijden. Voor mij was
dat eigenlijk het hoogtepunt van de vakantie want dat heb ik altijd al gewild. Je kent ze wel, die wagentjes die je voor je enkels rijden als je niet oppast. Geweldig. In een mum van tijd stonden we bij de bagage-band (“band” gewoon Nederlands uitspreken, anders lijkt het nog leuk) en de koffers waren nog mee gekomen ook. Gezien hoe de hele week was gelopen was ik niet verbaasd geweest als mijn koffer ook nog zoek was geraakt. Het viel mee. Afscheid nemen van mijn reisgenoten, “het was gezellig” liegen tegen elkaar en hup, naar huis. Wat was ik blij om thuis te zijn.De dag erop vroeg iedereen: “En? Hoe was het? Zeker helemaal los gegaan?” Om maar van alle ellende af te zijn antwoord ik steevast: “Het was heel leuk. Had ik wel even nodig.”Naschrift Van Leeuwen: Het drama was compleet toen ik bijna twee uur aan deze column had gewerkt en door een verkeerde knop in te drukken op de computer (waarom maken ze verkeerde knoppen op computers?) was alles weg. Dit is dus de tweede versie en dat is jammer. De vorige was veel leuker. Het zat erin. Dit was niet mijn week.