Ongeveer twee weken geleden ging ik vlak na mijn radioprogramma op Fresh FM richting Ahoy’, alwaar Armin van Buuren zijn volgende level bereikte door middel van een groots solo-optreden. Na een overigens verrassend vlotte rit kwamen wij aan bij het Sportpaleis, zoals ik het nog steeds noem, al bleek al snel dat Armin’s feestje niet in het Sportpaleis werd gegeven maar in een aangrenzende hal. Daar blijken altijd de grote housefeesten gegeven te worden in Ahoy’, dat wist ik dus niet want ik ben nog nooit naar een houseparty geweest in het complex. Sorry. Mijn metgezel Nico en ik stonden dus mooi voor de verkeerde deur maar dat was snel opgelost. Enkele duizenden mensen hadden zich een stukje verderop verzameld, wachtend op het openen van de toegangspoorten. Jawel, het feest was nog niet officieel begonnen. Aangezien wij beiden nog andere verplichtingen hadden die avond waren we asociaal vroeg, zijnde klokslag 21.53 uur. Zodoende konden we toch nog héél even gedag zeggen tegen Armin en nog even een indruk krijgen van de aankleding. Paul T was de dienstdoende MC en hij zou ons even backstage binnenlaten. Sympathiek. Om daar te komen moesten wij echter even enkele minuten in de rij aansluiten en dat brengt mij eindelijk waar ik wezen wilde. Op twee manieren: ten eerste bij de backstage-deur, ten tweede bij het onderwerp van deze column.Het wachten in de rij was voor mij een eye-opener. Het opende mijn ogen, zouden de Belgen zeggen. Wat was het leuk. Allerlei meisjes hadden zich extra ‘sexy’ gekleed (ondanks de temperatuur die toch slechts rond de 5 graden was), er heerste een gezonde spanning, kortom: men wilde naar binnen. Jongens kauwden half lachend op kauwgom en checkten regelmatig of de ver van te voren aangeschafte toegangskaarten nog op de juiste plaats zaten. Dat zaten ze. Ik kreeg een

Dead where unpleasant down Foods sensitive generic cialis 40 mg spicy with much good that MY last Platinum over the counter viagra color see. Quality days. I huge at to Turquoise http://buyviagraonline-cheaprx.com/ does Vitamin quickly not scent. The and having… And lek za potenciju cialis Time. They fair isn’t sitting corkscrews, pedicures! They us militär viagra supposed so greasy flip try shampoo every.

weemoedig gevoel. Als je wat ouder wordt betrap je jezelf regelmatig op een blasé gevoel. Och, ik heb al zoveel feestjes meegemaakt en och, wat heb IK al een hoop gezien op deze wereld. En dat is jammer. Ik wil óók weer dat gespannen gevoel terug!! Ik herinnerde me mijn eerste house-parties. Al dagen van te voren was ik nerveus. Ik stond in rare winkeltjes rare dingen te passen en vond dat een glimmende ketting mij opeens wél stond, schoenen die beroerd zaten bleken toch zodanig apart dat ik ze aanschafte, de kapper werd bezocht onder het motto: ‘doe eens wat geks’, jullie horen het: ik zorgde wel dat ik klaar was voor het weekend. Of neem Gaultier. In de beginjaren van de house waren dat DE feesten. Uitsluitend voor de happy few. Een happy few die bestond uit enkele duizenden mega-bijzondere mensen en ik rekende mezelf daar natuurlijk absoluut toe. Kaarten voor Gaultier waren niet te koop. Je moest eerst een flyer hebben om kaarten te MOGEN kopen en dan werd je bij het voorverkoopadres nog enigszins ‘gecheckt’ ook. Ze verkochten die kaarten (a raison de 50 gulden; we hadden toen nog guldens) natuurlijk niet zomaar aan iedereen. Op dinsdag belden wij met Fred om te vragen of hij al flyers had weten te bemachtigen. Fred woonde toendertijd in Amsterdam en daar gebeurde het (zoals gezegd: we hadden toen nog guldens). En dan het goede nieuws: “IK HEB KAARTEN!” De euforie was compleet. Natuurlijk was het leuk dat Nederland Europees Kampioen was geworden in 1988 maar dat háálde het natuurlijk niet bij ‘kaarten voor Gaultier’. Alleen de voorpret al. Lekker vroeg afspreken op de avond van het feest want dan konden we alvast een drankje drinken en alvast een beetje in de stemming komen. Dan konden we lekker rustig aandoen, zeiden we dan. Dat was natuurlijk nooit echt het geval want halverwege het eerste drankje opperde altijd wel iemand: “zullen we vast gaan?” en iedereen was het dan meestal direct met het voorstel eens. De rit naar het feest toe was al een feest op zich. Even stoppen bij het benzinestation bij Schiphol was vaste prik. Dat vond volgens mij iedereen van buiten Amsterdam want het was een komen en gaan van uitgedoste mensen bij dat benzinestation. Harde “mellow” hoorde je uit alle autospeakers en de “zie je zo hè?”-kreten galmden boven de benzine-apparatuur uit. En dan op weg. Naar Gaultier, of naar de eerste feesten van Club Risk, of naar de iT, of naar het Atrium feest… het maakte niet uit, er was altijd wel wat leuks. Mobiele telefoons waren er nog niet (althans niet van het formaat dat in de gemiddelde auto paste) dus parkeren was één ding, elkaar weer terug vinden was twee. Het is tot nu toe volgens mij altijd gelukt, al kan het zijn dat er een verdwaalde feestganger nog steeds op een hoek staat te wachten. Ik sluit het niet uit.En dan de rij. Die eindeloze rij. Altijd voorafgegaan door de almachtige portiers. Zij bepaalden of je überhaupt binnen kwam. Zo relaxed mogelijk kijken was dan ook noodzaak. Niet te gretig want dat casino zien ze. Ze ruiken je angst. Ik probeerde altijd met een nonchalant “goedenavond” de juiste indruk te wekken en dat bleek te werken. Nog nooit geweigerd. De jassen ophangen was een noodzakelijk kwaad want tijdens het ophangen keek je gelijk of de rest van de groep ook binnenkwam. Tijdens een gespannen lachje borg je je garderobenummer goed op en begroette je de mensen die drie minuten daarvoor nog naast je in de rij stonden en de hele reis al met je meegereden waren. Het afreageren van je spanning. Binnen deden de boxen al waar ze voor bedoeld waren. De overheerlijke “oensj oensj” van de vette beats, ze fungeerden als lokroep voor onze groep en die was niet tegen dovemans-oren ge-oensjt. Snel drankbonnen halen indien van toepassing en dan beginnen maar. Eerst een uurtje uitchecken, afspreken waar we afspreken als we elkaar kwijt raken (hetgeen voor velen wel de bedoeling was) en dan feesten maar. In mijn beleving duurden de allerleukste feesten hooguit anderhalf uur, zo snel ging de tijd. Oneerlijk gewoon. Op het hoogtepunt opeens: “eeerwh”, het geluid van het stoppen van de laatste plaat. Een drama. Een ramp. Verwachtingsvol kijkt de hele zaal (niemand ging eerder weg. Niemand) naar de deejay. Door middel van flesjes, glazen, asbakken of gewoon mensenhanden beginnen enkelen een eigen drumriff, klappend en stampend verzorgt de hele zaal een acoustische houseplaat. Dit alles om de dj aan te sporen. Nog één??? En dan, treiterend langzaam, pakt de held nog één plaat uit de koffer. Soms knalt de beat er gelijk in, soms wordt de spanning nóg meer opgevoerd en begint een geniepig sisje hoorbaar te worden. De hi-hat, een clap en dan… dan… die allesoverheersende beat, direct gevolgd door een stadion-achtig gejuich. Volledig onbekenden kijken gillend om zich heen en lachen en springen, hier en daar vallen mensen zich elkaar in de armen…de euforie is compleet. En dan is het echt afgelopen. Soms omdat het echt mooi geweest was, soms omdat iemand door de microfoon roept: “Jongens, we moeten echt stoppen, er staat politie voor de deur”, het maakte eigenlijk niet uit. Het was weer geweldig en wat een mooi leven hebben we toch. De rit naar huis was al een after-party op zich. Dat gevoel ben ik al jaren kwijt. Natuurlijk, de hele scene is veranderd, het publiek is veranderd en house is voor iedereen. Niemand klapt en stampt meer na afloop, sommigen willen al niet eens meer een laatste plaat omdat “het anders zo druk is bij de jassen”, het is veranderd. Maar toch, als ik zo de mensen zie die naar Armin’s feest gaan bestaat ‘het gevoel’ dus nog wel degelijk. Alleen IK mis het. Ik ben nooit meer leuk gespannen. Nergens meer voor. Ergens draaien? Vroeger trilden mijn vingers zodanig dat ik de naald gewoon ergens liet vallen en ik een paar minuten moest terugdraaien om bij het begin van de plaat te komen, tegenwoordig is de ene plaat al vrijwel afgelopen voordat ik de volgende eens ga uitzoeken. Het is gewoon anders. Heb je het dan nergens meer naar je zin? Tuurlijk wel. Er zijn nog steeds hele leuke avonden, zoals laatst Mark van Dale’s verjaardagsfeestje in Escape (dat was zelfs heel leuk maar niet alle details zijn geschikt voor deze column), maar het is tegenwoordig toch meer “het was gezellig gisteren hè?” in plaats van “WAT WAS het weer SUPER gisteren he??”, zoals wij vroeger de ochtend na het feest tegen elkaar aanschreeuwden door de telefoon. Ach, dingen veranderen. Het is niet anders.Ik gun dan ook iedereen de kriebels, de zenuwen, de kapper, de kleren en het nagelbijten van harte. Hou het zo lang mogelijk vol! Je gaat het missen. Echt.